31 maart 2009

Cheers mate!

Dag 82: Adelaide
's Ochtends loopt Erica in het heerlijke zonnetje (wat gaan we dit missen) naar de receptie om voor morgen een tripje te boeken. Er staat trouwens ook een wind waar menig surfhart sneller van gaat kloppen. Rik leeft zich weer uit op een ontbijtje voor 2 in de camp kitchen, waar hij tips en trucs uitwisselt met de buurvrouw van drie tenten verder. We leren hoe we 'toad in a hole' moeten maken. Met een glas maak je een rond gat in een boterham, die leg je op de bbq en in het gat sla je een ei stuk. Wauw: eggs and toast in 1! Culinaire hoogstandjes op de camping ;-)

Vlak voordat we in de auto willen stappen om af te reizen naar Middleton, gaat de telefoon. Het is de surfjuf die helaas moet melden dat het te hard waait om kneuzen als wij met een plank de zee op te sturen. Teleurgesteld, maar stiekem ook een beetje opgelucht stappen we toch in de auto. We rijden naar de Clare Valley en naar Freeling. Dit dorpje is het decor van de televisieserie McLeod's Daughters. Zelf kijken we hier eigenlijk nooit naar, maar Erica's moeder is een groot fan. Daarom maken we speciaal voor haar foto's van het kerkje, de truck stop én het Gungallon Hotel. Bij het hotel (=kroeg) maken we een praatje met de barjuffrouw, die verder niets met de serie te maken heeft, maar die best even een ansichtkaartje wil signeren. Als dank kopen we nóg een wijntje én een McLeod's Daughters theelepeltje.

Het is inmiddels een uur of vijf en in de kroeg wordt het steeds drukker. Veel locals gan uit hun werk een biertje drinken en in de meeste Australische pubs kun je (net als in Engeland) voor weinig een maaltijd krijgen. Ideaal: een natje, een droogje, samen met je buren commentaar leveren op het nieuws en je favoriete soap (meestal Neighbours) en dan naar huis, waar je alsnog op een christelijke tijd in bed ligt.

Op de terugweg rijden we nog even langs de McDonalds om de mail te checken en even te chatten met het thuisfront en dan zoeken we lekker onze slaapzak op.

Dag 83: Adelaide
Vandaag gaan we wijn proeven in McLaren Vale. We worden om 9.00 uur bij de camping opgehaald door tourguide Ian: een gezellige local die meteen wil weten of we bij de eerste stop cake of cheese bij de koffie of thee willen. Kaas bij de koffie lijkt ons geen heel smakelijk ontbijt, dus we gaan voor de cake. Nu maar hopen dat dat een goede bodem is. We bezoeken namelijk maarliefst 5 wijngaarden!

We zijn niet de enigen aan boord. Wijnproeven doen we vandaag samen met Julie en Jack, die net als Ian uit Adelaide komen. In het zonnetje met een cappuccino en een muffin maken we nader kennis. Julie werkt bij een uitzendbureau. Zij moest verplicht vrije dagen opnemen in verband met de economische malaise. Jack werkt in de haven van Adelaide bij een bedrijf dat cement maakt. Een gezellig stel. Ian is in Adelaide geboren en getogen, maar heeft in de jaren '80 een tijd als tourguide in Europa gewerkt. Hij was gestationeerd in Engeland en begeleidde uitstapjes naar Nederland, maar ook naar Moskou en Sint Petersburg (of Leningrad toen nog).

Toen de muur nog stond, kon je als reisleider heel handig je salaris aanvullen (of misschien wel verdubbelen) door wat spulletjes mee te nemen die kant op. Ook de baas van de tourmaatschappij maakte gebruik van de situatie. Hij gaf Ian ladingen panties, chocola en champagne mee, die de juffrouw van het benzinestation dankbaar in ontvangst nam in ruil voor wat brandstof. Ian nam dan op bestelling sigaretten en goedkope drank mee terug en verkocht dat thuis met dikke winst door. “Gouden tijden”, zegt hij met een twinkeling in zijn ogen.

Inmiddels zijn muffin en koffie achter de kiezen en stappen we weer in het minibusje dat ons naar de eerste wijngaard zal brengen. Dat is Fox Creek Wines, waar we van een PR-dame krijgen uitgelegd met hoeveel liefde er hier al heel lang wijn wordt gemaakt van druiven van heel speciale ranken. We krijgen de machines te zien waar de geplukte druifjes in worden geplet (daar komen al heell lang geen voeten meer aan te pas). Ook de centrifuges die de pitjes en velletjes uit de wijn halen passeren de revue, net als de enorme roestvrijstalen tanks waar de sapjes rustig op smaak mogen komen. Voor iedere druivensoort een aparte tank, want het eventuele mengen gebeurt eerst op kleine schaal in een laboratorium voordat ze het in het echie ook gaan proberen. Vervolgens komen in een ruimte waar grote vaten staan. Hier kan de wijn rijpen op hout. En ook het uitzoeken van een geschikt vat voor het brouwsel van de wijnmaker luistert nauw. Kies je Frans of toch gewoon eikenhout? En hoe lang laat je het in het vat zitten? Kortom, een leerzaam tripje.

En dan is het eindelijk zover: proeven! Van de grote loods rijden we naar een schattig boerderijtje waar we de Fox Creek Wines mogen proberen. Zeer smakelijk zijn vooral de Reserve Shiraz uit 2007 van de oudste ranken van de wijngaard en de Sparkling Shiraz (een soort cassis in een mooie fles). We besluiten nog niets te kopen, maar het adres te noteren, want we weten nu natuurlijk nog niet zeker of dit de lekkerste wijn is.

Vervolgens bezoeken we The Olive Grove een olijvenplantage, waar ze heerlijke olijfolie en tapenades verkopen. Die mogen ook allemaal worden geproefd. De tapenade met chilipepers is onze favoriet en daar nemen we een bakje van mee. Vervolgens weer aan de wijn bij Hugo Wines. De mevrouw hier doet een beetje uit de hoogte tegen ons, de wijnkneuzen. Misschien snappen we de complexiteit van de wijnen hier ook niet helemaal, want we vinden ze een stuk minder lekker.

Dan op naar de volgende wijnboer: Woodstock Winery, waar we na een wijntje of 5 toch aardig licht in ons hoofd worden. Het meisje achter de bar heeft wel gezegd dat ze het helemaal niet erg vindt als je je glaasje leeggooit in de zilveren emmers die er staan, maar we zijn blijkbaar allemaal zo goed opgevoed dat we dat niet doen. De wijntjes smaken ook prima, dus waarom zou je? Gelukkig begint het nu tijd te worden voor de lunch in het aangrenzende restaurant. Heerlijke schalen met eten staan voor ons klaar en zo worden we weer een beetje nuchterder.

Tijdens de lunch vertelt tourguide Ian ons over zijn passie: hij heeft een eigen bedrijfje dat van die metalen naamlabels maakt die militairen om hun nek hebben hangen. Via internet bestellen mensen hun eigen ID-tag met tekst naar keuze, hij maakt ze en stuurt ze op. Hij heeft een vaste klant die er soms op laat zetten dat hij voor Scotland Yard werkt, dan weer dat hij piloot is en laatst heeft hij ze besteld met 'chirurg' erop. Doet het goed bij de vrouwtjes, zegt 'ie. Nu doet Ian dit nog drie dagen in de week, maar hij droomt ervan om er ooit zijn brood mee te gaan verdienen.

Na de lunch moeten we een eind rijden naar de Aidelaide Hills, waar de volgende wijnerij zit. Onderweg is het verdacht stil in de bus. Het is 14.30 uur en 4 man zit zijn roes uit te slapen ;-) Bij Bridgewater Mill moeten we weer aan de bak. Dit is weer zo'n highbrow-tent, waar we ons allemaal toch niet helemaal op ons gemak voelen. Dus we slaan uit beleefdheid een paar glaasjes achterover en maken ons weer snel uit de voeten.

Onderweg naar de laatste wijnboer (Arranmore Vineyard) vertelt Ian over de praktische problemen die de droogte met zich meebrengt. Je krijgt bijvoorbeeld een boete als je wordt betrapt terwijl je je tuin aan het besproeien bent. Nou, nou, dan maar geen groen veldje voor je deur, dachten wij meteen. Maar zo eenvoudig ligt het niet. Als de grond om je huis uitdroogt, gaat je huis namelijk verzakken en krijg je scheuren in de muren. De kosten voor reparatie zijn meestal vele malen hoger dan die boete, dus wat doe je dan. Ian heeft nog een extra probleem. Hij heeft een eucalyptusboom in zijn tuin. Die bomen zijn zo gewend aan het leven op een droge bodem dat ze meester zijn in het zoeken naar water. Hun wortels groeien tot bizarre lengtes om bij vocht te komen. Het gevolg: de wortels van Ians boom hebben zich inmiddels een weg naar zijn leidingen weten te banen en slagen er zelfs in om tot in die leidingen door te dringen. Er moet dan weer een dure loodgieter aan te pas komen om dat op te lossen.

We nemen een beetje beteuterd kennis van deze keerzijde van wonen in Adelaide. De afgelopen dagen hebben we stiekem een paar keer gefantaseerd over een leven hier. Het is namelijk wel een heel sfeervolle stad met een mooi strand en midden in de natuur...

We komen aan bij de laatste proeverij van vandaag: de boerderij waar John ... wijnen maakt op heel kleine schaal. John is een gemoedelijke zeventiger die zichtbaar verheugd is door ons bezoek. Vol trots ontvangt hij ons op zijn idyllische boerderij in de heuvels en vertelt hij over hoe hij hier te werk gaat. De wijnen zijn okay (we hebben vandaag zeker betere gedronken), maar omdat we John in ons hart hebben gesloten kopen we hier een paar flessen, voordat we weer in de bus stappen.

Onderweg naar huis wordt de dag perfect afgesloten. We zien namelijk een wilde koala die in een boom op de heuvel heerlijk relaxed van het uitzicht over Adelaide geniet. Wauw! Terug op de camping eten we toast met tapenade en drinken we Johns wijn. We liggen belachelijk vroeg beschonken onder de wol. Waarschijnlijk tot groot ongenoegen van onze buren die ons moeten hebben horen snurken.

Ik heb trouwens nog helemaal niet verteld over onze buren. Een gezellig stel uit Gosford (zo'n 100 kilometer ten noorden van Sydney, zie Rik en Erica in Australië deel I ;-)). Helemaal weg van wielrennen en nog wegger van Lance Armstrong. Althans, de eerste paar dagen. Toen bleek dat Lance niet zomaar aan iedereen een handtekening wilde geven, zelfs niet als je er al heel lang op wachtte, was de liefde even over. Maar: eind goed, al goed. Vandaag is dan toch eindelijk de lang verwachtte krabbel gescoord en is Lance weer een held.

Dag 84: Adelaide -> Broken Hill
Vandaag verlaten we Adelaide en begint het einde van onze reis toch wel heel erg dichtbij te komen. Mijmering van Erica: ik hou van dit land, maar hou ik niet veel meer van reizen? Zouden we hier ook gelukkig zijn als we een drukke baan, een duur huis, geen vrienden en geen familie in de buurt zouden hebben? Smash Mouth zong het al: 'You never know if you don't go'

(En gisteren, 26 maart inmiddels, in Zóóó 30 heb ik geleerd dat Australië mijn A1 locatie is en dat ik mijn leven als slap aftreksel zie van 'what could be'. Dertigerdilemmadeskundige Nienke Wynands zegt ook al dat ik nou eens een knoop moet doorhakken. Eerst dat reisverslag af, denk ik de hele tijd. Hoezo uitstelgedrag.)

En over uitstelgedrag gesproken: we kunnen Adelaide maar moeilijk achter ons laten, dus we stellen het vertrek nog even uit door naar McLaren Vale te rijden om toch maar twee flessen Fox Creek Wine te kopen. Geen slechte move, want daar aangekomen, blijken Lance en zijn fietsvrienden vandaag ook door het dorpje te komen. Drie keer zelfs! Dus we parkeren de auto in de berm, halen de klapstoelen uit de kofferbak en nemen we als volleerd wielrenwedstrijdkijkers plaats aan de kant van de weg! Met de camera in de aanslag wachten we op wat komen gaat...

En dat is redelijk spectaculair allemaal; eerst politiemotoren met sirene's. Dan nog eens politiemotoren met sirene's, dan auto's met levensgrote wielrenners er bovenop. Dan weer politiemotoren met sirene's. Dan een politieagent op een motor die hele geinige geluidjes met zijn sirene kan maken en daar zichtbaar van geniet. Dan weer serieuze politiemotoren en dan, eindelijk: de koplopers! Zou Lance hierbij hebben gezeten? We hebben geen idee, maar we hebben evengoed heel hard geklapt. Daarna veel auto's met fietsen erop en motoren met camaramannen. Toen een helikopter en het peloton. Wat een fietsers! En we hebben ze allemaal op de foto, dus ook Lance. Missie geslaagd, stoelen opklappen en wegwezen.

Door al dit oponthoud zijn we veel te laat, maar gelukkig nog net voor het donker (dit in verband met actief wordende kangoeroes, of had ik dat al een keer gezegd?) in Broken Hill. Jawel, Broken Hill. Van de Flying Doctors. Echt weer zo'n nederzetting in de woestijn, maar nog wel redelijk groot. We besluiten niet te kiezen voor de camping naast de begraafplaats, maar voor een leuk hostelletje in het centrum van het stadje. De uitbaatster vind het allemaal erg gezellig. Ze is al aardig in de olie, want ze zit gezellig met haar familie aan de rand van het zwembad om te vieren dat het lange Australia Day Weekend is begonnen. Ze geeft ons eerst de verkeerde kamer en dan komt ze terug met de verkeerde sleutel, terwijl ze al twee keer heeft verteld dat ze zich zo'n zorgen maakt om haar vriendin die ook al met wat borreltjes op in de auto is gestapt om 400 kilometer naar huis te rijden...

We nemen op de kamer een heerlijk wijntje en lopen dan naar het stadje om een hapje te gaan eten bij een Italiaans restaurant. Het enige restaurant dat nog open is. En het is toch echt pas 20.00 uur. Het eten is heerlijk en lichtelijk tipsy lopen we terug naar ons hostel door de warme, verlate straten van Broken Hill.

Dag 85: Broken Hill
Broken Hill, waar kennen we die naam ook alweer van? Juist. Hier komen de Flying Docters vandaan. Dus vandaag brengen we een bezoekje aan het museum dat ter ere van hen is opgericht. Dachten we. Als we het eenmaal hebben gevonden (buiten de stad in een hangar op het kleine vliegveldje), blijkt dat het de komende maanden dicht is, vanwege een grote verbouwing. Hmmm.

Wat kun je nog meer op een zondag in Broken Hill? Een bezoekje aan de mijn dan maar? Jammer de bammer, ook gesloten. Koffie in een sjiek uitziende tent bovenop de mijnschacht? Nope, tot medio maart gesloten. Wanhopig bezoeken we de VVV om te vragen wat er dan wel open is. Misschien het atelier van kunstenaar Jack Absolom? Dat was een tip van wijnboer John. Maar de vriendelijke VVV-mevrouw schudt haar hoofd. “Hij houdt een 'winterslaap' van december tot en met februari. Het atelier van Pro Hart is wel open. Broken Hill is namelijk niet alleen bekend vanwege de vliegende artsen, maar ook vanwege een aantal beroemde beeldend kunstenaars.

Opgelucht dat er toch nog iets te doen is, rijden we naar het oude uitgebouwde woonhuis van de inmiddels overleden kunstenaar, dat nu dienst doet als museum. In de tuin staan een stuk of 5 oldtimers, waaronder 1 volledig beschilderde Rolls Royce. Ieder stukje metaal is gebruikt om schilderingen te maken van scènes uit het dagelijks leven hier in Broken Hill. We begeven ons naar de voordeur van het huis, waar we een kaartje kopen bij de vrouw van Pro (short for professor, zo werd hij genoemd omdat hij overal over kon meepraten). We zijn vooralsnog de enige bezoekers in het museumpje en we leren al snel dat Pro zich bij het maken van zijn schilderijen liet inspireren door het alledaagse leven in Broken Hill, de inwoners, de wilde dieren en het werken in de mijnen. Iets dat hij zelf ook lang heeft gedaan. Er zitten bijzondere werken tussen en al met al kunnen de schilderijen ons cultuurbarbaren toch nog een uurtje of 2 boeien.

Hoewel nagenoeg alles dus dicht is op deze zondag in Broken Hill, is de supermarkt wel gewoon open. We kopen wat lekker ingrediënten voor een salade en voor Rik Australia Day Burgers: Hamburgers in de vorm van Australië die morgen (=nationale feestdag) op de BBQ kunnen.

Geen opmerkingen: